Begeleiding Startende Leraren – Regio Utrecht

Project Een Sterk Begin

De Rijksoverheid vindt het belangrijk om startende leraren te behouden voor het onderwijs omdat uitstroom leidt tot een afname van kwalitatief goed opgeleide leraren, waardoor de lerarentekorten in de onderwijssector toenemen. Om deze reden is het Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap in 2013 het landelijke project Begeleiding Startende Leraren (BSL) voor scholen in het voortgezet onderwijs gestart, met als doel het bevorderen van de professionele ontwikkeling van startende leraren om te voorkomen dat ze voortijdig stoppen.

Het landelijke project BSL bestaat uit negen regionale deelprojecten onder leiding van lerarenopleidingen in het voortgezet onderwijs. VO-scholen worden begeleid en gestimuleerd om driejarige begeleidingstrajecten te ontwerpen voor startende leraren. Binnen de regio Utrecht namen ruim 50 scholen deel aan het project ‘Een Sterk Begin’, een samenwerkingsverband tussen de Graduate School of Teaching (Lerarenopleiding Universiteit Utrecht) en Centrum Archimedes (lerarenopleiding Hogeschool Utrecht). De werkwijze wat betreft de ondersteuning van de projectscholen is in de afgelopen jaren op verschillende wijzen vormgegeven.

We zijn het project in 2014 gestart met het verzamelen van expertise en kennis door samenwerking met 5 scholen in de regio. Zij vormden samen de ontwikkelgroep. In deze ontwikkelgroep is begeleidingsmateriaal ontwikkeld rond vier BSL thema’s (Enculturatie, werkdrukvermindering, coaching en observatie en doorlopende professionele ontwikkeling) en is gezocht naar een traject dat als blauwdruk kon dienen voor andere scholen. Deze blauwdruk bleek later echter niet wenselijk. Elke school heeft een andere cultuur en structuur en dus is er ook geen ‘standaard’ begeleidingstraject dat voor elke school passend is.

In het tweede projectjaar is gestart met kringbijeenkomsten waarbij schoolopleiders van de inmiddels groeiend aantal aangesloten scholen praktijkervaringen met elkaar uitwisselde en samen de trajecten verder ontwikkelde op basis van de vier thema’s. Hoewel de welwillendheid de schoolopleiders niet ontbrak, lukte het toch op veel scholen niet om de ideeën die waren opgedaan ook echt in de praktijk te brengen. Een cruciale rol binnen begeleidingstrajecten is weggelegd voor de schoolleiding en juist deze groep hadden we tot dan toe niet actief bij het project betrokken. Daarom is gestart met schoolbezoeken. Drie jaar lang zijn bijna alle projectscholen één tot drie keer bezocht en zaten we aan tafel met de schoolopleider én de verantwoordelijke schoolleider. Voorafgaand aan het bezoek bracht de school het eigen begeleidingstraject zelf in kaart met de inductiemonitor. De uitkomsten zorgde voor de gespreksonderwerpen: wat gaat op de school erg goed en waar liggen nog ontwikkelpunten?

Toen het einde van het project naderde kwam het onderdeel ‘beleid’ scherper in het vizier. Tijdens schoolbezoeken en schrijfbijeenkomsten zijn scholen ondersteund om beleid met betrekking tot BSL te ontwikkelen en te borgen binnen de school. Scholen konden het beleid bezegelen met het BSL-certificaat. 40 scholen hebben dit certificaat behaald.